·
|
Het sluiten van een cattery voor een periode van 4 tot 6 maanden.
|
·
|
Het belangrijkste doel is het verminderen van de stress (geen shows, niet fokken enz); hierdoor verlaag je mogelijk het aantal gevoelige dieren die wellicht klinische klachten door FIP kunnen gaan vertonen. Dit leidt ook tot een lagere infectiedruk met FeCV.
|
·
|
Proberen stabiele groepen te houden, geen onrust en niet te groot.
|
·
|
Hygiëne, hierbij gaat het dan vooral om de verspreiding van het FeCV te verminderen:
|
·
|
Het vrij proberen te houden van een cattery van FeCV. Dit stuit wel op zeer veel praktische bezwaren.
|
·
|
Het bijhouden van foklijnen. Indien er in een foklijn meerdere gevallen van FIP blijken op te treden kan dit wijzen op een overerven van een bepaalde immunologische reactie van het dier (een reactie waarmee hij dus mogelijk juist problemen krijgt). In dit geval kunnen bepaalde oudercombinaties beter niet meer gebruikt worden. Dit geldt mogelijk ook voor bepaalde combinaties die meerdere nesten gegeven hebben waarin zich FIP ontwikkeld heeft.
|
·
|
Er wordt veel gespeculeerd omtrent het verbeteren van de weerstand van de kat met bepaalde middelen. Het dient hierbij dan wel om de cellulaire weerstand te gaan. Op dit moment is helaas de effectiviteit van deze middelen nog niet bewezen. Mogelijk komen er in de toekomst meer onderzoeken naar dit onderwerp.
|
·
|
Het toedienen van vitamines aan goede kwaliteit voer is niet zinvol zolang er geen klachten zijn. In de kwaliteitsvoeders van tegenwoordig zitten voldoende vitamines. Tevens is het niet zinvol om steeds van voeder te wisselen. Het heeft geen positief effect op de weerstand en kan hoogstens storend werken op het maagdarmkanaal.
|